Ontwenningsverschijnselen na stoppen met antidepressiva

Een op de zes patiënten ontwikkelt ontwenningsverschijnselen na het staken van antidepressiva. Dit beschrijven psychiater Jonathan Henssler en collega’s in Duits onderzoek gepubliceerd in The Lancet.

Henssler voerde een meta-analyse uit op 76 studies die de incidentie van ontwenningsverschijnselen na het stoppen van antidepressiva onderzochten. 44 studies waren gerandomiseerde klinische trials, de rest waren observationele studies. De studies beschreven 21.002 patiënten, waarvan 16.532 stopten met een antidepressivum en 4470 met een placebo. Het overgrote gedeelte gebruikte een antidepressivum vanwege stemmings- (64%) of angststoornissen (28%). De onderzoekers keken naar de incidentie van zowel ernstige als álle vormen van ontwenningsverschijnselen.

Ontwenningsverschijnselen

Na vergelijking met de placebogroep, bleek één op de zes patiënten na het stoppen ontwenningsverschijnselen te vertonen. Bij één op de dertig patiënten (3%) waren de verschijnselen ernstig. Het soort antidepressivum beïnvloedde de incidentie van ontwenningsverschijnselen. Bij imipramine en venflaxine was de incidentie hoger dan bij fluoxetine. Voor andere antidepressiva waren er te weinig studies beschikbaar. Er was geen associatie tussen de incidentie van ontwenningsverschijnselen en de duur van behandeling of follow-up en diagnose.

Afbouwschema

De onderzoekers vergeleken ook het direct stoppen met stoppen via een afbouwschema. Dit leek geen verschil te maken in de incidentie van ontwenningsverschijnselen, maar de analyse werd sterk bemoeilijkt door de heterogeniteit in de studies met betrekking tot duur en inhoud van een afbouwschema.

DOI: https://doi.org/10.1016/ S2215-0366(24)00174-3