Weg vrij voor nieuwe financiering van zorg

Als Ordebestuur hebben wij de laatste weken intensief onderhandeld over het uurtarief en het DBC-traject en ik moet eerlijk bekennen dat ik regelmatig slapeloze nachten heb gehad van de trage voortgang. Gelukkig hebben alle inspanningen uiteindelijk geleid tot een historische stap naar een nieuwe financiering van de medisch-specialistische zorg, met daarin zekerheid over en rust op het tarievenfront voor medisch specialisten. De overeenstemming met minister Hoogervorst van VWS over de nadere invulling en de wijze van vaststellen van een landelijk uurtarief hebben wij op 30 oktober aan de bijna 500 medisch specialisten op de Algemene Ledenvergadering voorgelegd. Na felle en diepgaande discussies heeft uiteindelijk tweederde van de aanwezige leden ingestemd met het resultaat van de onderhandelingen.

De onderwerpen waarover de ledenvergadering zich heeft uitgesproken, betreffen het berekenen van

het landelijk uurtarief van medisch specialisten; de gefaseerde invoering van de DBC-systematiek en het ter beschikking stellen van de gegevens van het Tijdsbestedingonderzoek voor de berekening van het landelijk uurtarief. Meer informatie over de besluiten staat op

www.orde.nl

.

De Orde zet zich ervoor in een situatie te bereiken en te behouden waarin medisch specialisten hun professie goed kunnen uitoefenen. Het is van belang daarbij een stabiele situatie tot stand te brengen, waarin voldoende zekerheden bestaan over essentiële zaken als onze honorering. Die zekerheden zijn nu bereikt: om te beginnen met een landelijk

budgettair neutraal uurtarief. De berekening van dit uurtarief wordt door het CTG uitgevoerd op basis van de gegevens van het Tijdsbestedingonderzoek en de uitkomsten worden in de vorm van een advies voorgelegd aan de minister en aan de Orde. De Algemene Ledenvergadering van 30 oktober heeft de gegevens van het Tijdsbestedingonderzoek voor dit doel vrijgegeven. Totdat een onderbouwd uurtarief beschikbaar is, legt de minister geen specifieke kortingen op voor medisch specialisten.

Volgend jaar zal er een onderbouwd (normatief) uurtarief moeten komen om ook op langere termijn zekerheid te hebben over de medisch-specialistische honorering. Daarom zijn wij met de minister overeengekomen dat er medio 2004 een commissie wordt ingesteld die een zwaarwegend advies zal uitbrengen over de onderbouwing van het uurtarief. In de taakopdracht van de commissie is het uitgangspunt voor de bepaling van de honorariumcomponent van het uurtarief de bestaande Arbeidsvoorwaardenregeling Medisch Specialist in dienstverband (AMS). Dat wil zeggen dat een vrijgevestigd medisch specialist en een medisch specialist in dienst van een algemeen ziekenhuis voor een gelijke werkbelasting eenzelfde honorarium verdienen.

Voortzetting van de lokale initiatieven tot 1 januari 2008 is een onlosmakelijk onderdeel van de plannen voor de gefaseerde invoering van de diagnose-behandeling-combinaties (DBC’s). En met de handhaving van de lumpsum als bekostiging in dezelfde periode is er een vangnet gecreëerd voor abrupte veranderingen in inkomen, die het gevolg zouden kunnen zijn van het in één keer overschakelen naar vrij onderhandelbare DBC’s. Wat betreft de productieontwikkeling blijft het principe van ‘boter bij de vis’ - meer productie levert meer omzet op - gehandhaafd.

Onderhandelen is een kwestie van geven en nemen. In ruil voor de genoemde zekerheden heeft de ledenvergadering ingestemd met een korting van 2,5 procent op het macrobudget medisch-specialistische zorg bij de berekening van het macroneutrale uurtarief (2004: 1,25%). Dat doet pijn, maar desondanks is het bestuur van de Orde van mening dat het uurtarief (indicatief 140-144 euro op basis van een onderzoek door Deloitte & Touche) voldoende dicht in de buurt ligt van de voorwaarden van de Orde.

Wij zijn ervan overtuigd dat deze uitkomsten voor de beroepsgroep als geheel een resultaat zijn waarmee we voor de dag kunnen komen. De afspraken over het budgettair neutrale uurtarief, het onderbouwd (normatief) uurtarief en de gefaseerde invoering van de DBC’s zijn helder en maken de weg vrij voor het DBC-traject. En wij kunnen ons nu weer volledig richten op datgene waar we goed in zijn: onze professie, waarin patiënten centraal staan.