Verslaafd aan een ideologie
Plaats een reactieTwee bijdragen in MC stellen dat begrippen als ras en etnische afkomst in de geneeskunde beter niet kunnen worden gebruikt. Verbrugh vindt het uitingen van een verwerpelijke ideologie zonder biologische basis (
). De toelichting van Doppegieter op de Wet bescherming persoonsgegevens maakt duidelijk dat de wetgever het vastleggen van ras/etniciteit in medische dossiers krachtig ontmoedigt door expliciete toestemming van de betrokkene te eisen (
).
Met taboeïsering van deze begrippen is echter niemand gebaat, nog het minst degene die tot een etnische minderheid behoort waarin genetisch bepaalde kenmerken met medische betekenis relatief vaak voorkomen. Sterker nog, het niet betrekken van de etnische achtergrond bij het medisch denken en handelen kan leiden tot levensbedreigende blunders. Denk aan de verraderlijke symptomatologie van sikkelcelziekte en andere hemoglobinopathieën, favisme, periodieke koortssyndromen en erfelijke stofwisselingsziekten, zoals de ziekte van Fabry, waarvoor tegenwoordig hoopgevende behandelingsmogelijkheden bestaan. Probleem is dat deze aandoeningen pas in de differentiële diagnose worden betrokken, als de dokter gewend is om bewust rekening te houden met de genetische achtergrond van de patiënt. Het vastleggen van de geografische of etnische afkomst in het medisch dossier is dan ook vaak even belangrijk als een goede familie-anamnese. Voor veelgebruikte medicamenten, vooral antihypertensiva, zijn op populatieniveau (in termen van black and white) klinisch relevante verschillen in gevoeligheid en werkzaamheid beschreven. Alertheid op populatiegenetisch bepaalde verschillen in ziekterisicos, farmacokinetiek en farmacodynamiek is vooral in de kindergeneeskunde en in de interne geneeskunde van levensbelang. De microbioloog Verbrugh zal op zijn gebied ook voorbeelden kunnen vinden, zoals de met etnische afkomst geassocieerde verschillen in transmissiekansen en ziekteprogressie bij HIV-infecties tussen African Americans en Caucasians die (mede) samenhangen met polymorfismen in een gen coderend voor een chemokinereceptor (Gonzalez c.s. Proc Natl Acad Sci, 1999). Overigens onderkennen vertegenwoordigers van nonwhite populations (in de terminologie van de auteurs) zelf terdege het belang van genetische verschillen tussen populaties. Zij eisen juist meer aandacht in klinische studies voor met huidskleur geassocieerde verschillen in werkzaamheid van geneesmiddelen. Het feit dat begrippen als ras, etniciteit en etnische afkomst niet altijd scherp zijn gedefinieerd of in de geschiedenis zijn misbruikt, maakt ze nog niet overbodig.
Dordrecht, juni 2002
- Er zijn nog geen reacties